De hielprik

Rond de 5e dag na de geboorte van je baby wordt er bloed afgenomen uit de hiel. Dit bloed wordt onderzocht op 19 zeldzame, maar ernstige aandoeningen. Tijdige opsporing van deze aandoeningen kan zeer ernstige schade aan de lichamelijke en geestelijke ontwikkeling van je baby voorkomen of beperken.

De aandoeningen zijn niet te genezen, maar wel goed te behandelen. Bijvoorbeeld met een dieet of medicijnen. Deelname aan het onderzoek is niet verplicht. Een medewerker van het consultatiebureau komt de hielprik thuis bij je uitvoeren. Je ontvangt geen bericht als de uitslag van het onderzoek goed is. Als er wél iets gevonden wordt, dan ontvang je binnen 3 weken bericht. Meestal wordt er dan een tweede hielprik uitgevoerd. Wil je meer weten over de hielprik dan kun je kijken op de site van het RIVM  www.rivm.nl/hielprik .In de zwangerschap krijg je bij 36 wkn zwangerschap ook de folder hielprik van ons, zodat je dit voor de geboorte even rustig kunt lezen.

Aandoeningen

Het bloed van de hielprik wordt onderzocht op 19 verschillende aandoeningen. Het gaat daarbij om een aandoening van de schildklier, een aandoening van de bijnier, een bloedziekte (sikkelcelziekte) en een aantal stofwisselingsziekten. De meeste van deze aandoeningen zijn erfelijk. Wil je weten om welke aandoeningen het gaat kijk dan op de website: www.rivm.nl/hielprik

Na het onderzoek wordt het bloed nog een jaar bewaard. Na dit jaar mag het RIVM het bloed nog vier jaar gebruiken voor wetenschappelijk onderzoek. Heb je bezwaar tegen het beschikbaar stellen van het bloed voor wetenschappelijk onderzoek? Dan kun je dit zeggen tegen diegene die de hielprik uitvoert.